Eendenvilla bij de Nobelpoort

Wandelend langs de gracht van Zierikzee valt het vogelverblijf nabij de Nobelpoort gelijk op. Dit onderkomen past geheel in de traditie van Zierikzee om goed voor haar grachtbewoners te zorgen.

In de 18e eeuw werden zwanen in de gracht uitgezet die bij wet beschermd werden. Er waren zelfs ambtenaren in dienst van de stad die verantwoordelijk waren voor het wel en wee van de vogels. Overigens werden de vogels niet alleen door de stad verzorgd. Het luxe vogelverblijf, stammend uit 1963, is hier een duidelijk voorbeeld van.

Stadsvogels

Op de plattegrond van Zierikzee die Zacharias Roman omstreeks 1660 tekende, zijn zwanen in de gracht te zien. Het houden van zwanen was van oorsprong een middeleeuws, heerlijk recht dat door de vorst aan een ambachtsheer of stad werd gegeven. Van stadswege was iemand verantwoordelijk voor het voeren van de zwanen en voor de huisvesting. Deze persoon werd de pluimgraaf genoemd. Het houden van zwanen in de grachten droeg bij aan de status van de stad Zierikzee.

Kaart van Zierikzee met de stadszwanen in de gracht (1660). UB Leiden, COLLBN Port 35 N 110.

Het is dan ook niet vreemd dat het stadsbestuur op 26 maart 1754 besloot om in de Verse Gracht enige zwanen te plaatsen ‘naar het exempel der stad Goes en andere steeden.’ Om de vogels te beschermen werd een wet uitgevaardigd die het eenieder verbood de zwanen te ‘slaan, werpen van steenen, daarom te schieten, toehitzen van honden ofte eenigerleij ander wijse te verstooren, verjaagen ofte kwetzen.’ Daarnaast was het verboden om de eieren te rapen of te breken. De hoogte van de boete werd vastgesteld op drie gulden.

Vier zwanen en een gans.
Op de achtergrond de Sint Lievens Monstertoren (1635).
Beeldbank Schouwen-Duiveland, BB-323-3.

In de 19e eeuw werden kosten gemaakt om de vogels in de gracht te verzorgen. Zo werd in 1841 f 23,70 betaald ‘voor geleverde gerst tot voeder van stadszwanen en ooyevaar.’ Met het oog op grootschalige bezuinigingen werd in 1852 besloten de zwanen (en de ooievaar van de Vismarkt) van de hand te doen. De vijftien stadszwanen werden op 17 maart van dat jaar geveild voor f54,-. De notaris Cornelis van der Lek de Clerq kocht er negen, wellicht bedoeld om de gracht van Slot Haamstede te vullen dat hij een jaar later kocht.

Als gevolg van de Ramp van 1953 en de barre winter van 1962-1963 waren nagenoeg alle watervogels uit de grachten van Zierikzee verdwenen (de zwanen werden overigens in deze beruchte winter ondergebracht op een adres in de Pieterseliestraat). Enkele 20e-eeuwse pluimgraven zorgden er echter voor dat de grachten weer gevuld werden.

Onderkomen uit omstreeks 1925 in de stadsgracht.
Op de achtergrond de voormalige Beatrixschool
aan de Grachtweg.
Beeldbank Schouwen-Duiveland, O-0032.

Nieuwe eenden in de gracht

De initiatiefnemer, de heer G. Timmerman, had bij een relatie in Bergen op Zoom talrijke eenden opgemerkt die zich daar ophielden zonder duidelijke bestemming. De gemeente gaf toestemming om honderdvijftig eenden in de Zoete Gracht los te laten wat op 13 augustus 1963 geschiedde. De enige voorwaarde die de gemeente stelde was dat de heer Timmerman garant moest staan voor de voedering van de vogels. Dat was geen bezwaar aangezien ook de aannemer F.J. van Aken, gevestigd aan de Korte Nobelstraat 40, zijn steentje wilde bijdragen. Eenmaal vrijgelaten was het duidelijk dat de eenden ‘een bijzonder fleurig cachet geven aan de gracht, die er des te aantrekkelijker door is geworden.’ Het enige dat de eenden nog ontbeerden was een deugdelijk verblijf.

De 150 eenden zijn vrijgelaten.
Het is nu nog wachten op een huisje.
Beeldbank Schouwen-Duiveland, O-2469.

Huisvesting

De stukadoor Rikus Merle kweet zich van deze taak. Hij was werkzaam bij Van Aken, maar had door vorstverlet tijd om het vogelverblijf te bouwen. In overleg met zijn baas timmerde hij een eendenvilla van drie verdiepingen, bekleed met groene wanden en een dakbedekking van asfalt. Op 23 december 1963 werd het verblijf op de bevroren gracht nabij de Nobelpoort geplaatst. De stadswatervogels hadden sindsdien eindelijk een plek om te schuilen tegen de elementen. De totstandkoming van het verblijf inspireerde de staf van de Ambachtsschool in Zierikzee. Onder leiding van de docent B.J. van Droffelaar werd een tweede eendenverblijf gebouwd dat ter hoogte van de Jannewekken te water werd gelaten.

Rikus Merle legt de laatste hand aan
het vogelverblijf (23 december 1963).
Beeldbank Zeeuwse Bibliotheek, 139658.

Het onderkomen bij de Nobelpoort was eigendom van Van Aken. Na zijn overlijden op 12 november 1976 bleek dat hij in zijn testament had laten vastleggen dat het houten gebouwtje aan de gemeente geschonken moest worden. Het geschenk werd dankbaar aanvaard maar tegelijkertijd werd de gemeente ook verantwoordelijk voor het onderhoud. Aan L. Louwerse, directeur van de Dienst Gemeentewerken, werd het volgende medegedeeld: ‘Wij verzoeken u erop toe te zien dat het houten gebouwtje in goede staat van onderhoud blijft verkeren, alsmede bij tijd en wijle, indien noodzakelijk, voor de verzorging van de ganzen, te laten zorgdragen.

De eendenvilla anno 2019.
Foto Ilja Mostert.

Rikus Merle heeft meer dan degelijk werk geleverd. De talrijke grachtbewoners zitten ruim vijftig jaar na de bouw nog altijd hoog en droog in hun villa. Pluimgraven van jonge leeftijd zien er tegenwoordig op toe dat de vogels genoeg te eten krijgen.