Koninklijke Maatschappij De Schelde

Iconisch voor de Nederlandse scheepsbouwindustrie zijn de archieven van de Koninklijke Maatschappij De Schelde (KMS) te Vlissingen. Als enige in Nederland documenteren zij tot in detail de historie van de scheepsbouw van 1875 tot 1970. Van geen enkele andere Nederlandse werf bleven de archieven integraal bewaard.

 

Met de KMS betrad de Nederlandse scheepsbouw het moderne tijdperk van ijzer, staal en stoom. Schepen die voorheen in het buitenland werden besteld, konden nu in Vlissingen worden gebouwd.

Direct naar archiefstukken

Raadpleeg de archiefinventarissen over de Koninklijke Maatschappij De Schelde.

www.zeeuwsarchief.nl

Direct naar beeld

Bekijk de omvangrijke beeldcollecties van de Koninklijke Maatschappij De Schelde met zo'n 50.000 foto's.

www.zeeuwsarchief.nl

Innovatie speelde een grote rol, zowel in techniek, van stoom- tot (diesel)motor, als in materiaal, van ijzer, staal tot aluminium. De bouw van Nederlands eerste onderzeeboot door de KMS in 1905 bleek baanbrekend. Ook als werkgever was het bedrijf vooruitstrevend en speelde het een rol van betekenis voor de nationale gezondheidzorg met het onderzoek van bedrijfsarts Jan Stumphius (1925-1983) naar asbest.

Voor opdrachtgevers in binnen- en buitenland bouwde de KMS meer dan 400 civiele en marineschepen, duizenden ketels en machines, en verrichtte onderhoud en reparaties. Met archiefstukken, tekeningen van schepen, ketels en machines en met 50.000 foto’s vertellen de KMS-archieven het complete verhaal achter de bouw van beeldbepalende schepen zoals de kruiser Java en het passagiersschip Willem Ruys. Van opdracht, offerte, constructie tot tewaterlating en oplevering.

Archieven

Naast notulen, bouwopdrachten en beheer van eigendommen bevat het archief tienduizenden foto’s en bouwtekeningen. De foto’s zijn te zien in de beeldbank. De bouwtekeningen zijn ondergebracht in de series marinescheepsbouw, koopvaardij- en utiliteitsbouw, machine- en ketelbouw en gebouwen. Niet alle bouwtekeningen zijn geheel ontsloten en gedigitaliseerd. De tekeningen van de marinescheepsbouw, toegang 7532, en machine- en ketelbouw, toegang 7506, vormen hier een uitzondering op. Deze tekeningen en voor een deel die van de koopvaardijscheepsbouw, toegang 7533, zijn digitaal beschikbaar. Zie voor de bestekken, deels gedigitaliseerd, van schepen en/of ketels en machines de archiefinventarissen met toegang 7542 en deels 7214. Andere bescheiden zijn te vinden in het directie-archief, toegang 7214, waaronder  gedigitaliseerde archiefstukken zoals een aantal brievenboeken, inv.nrs. 302-305,  en het Memoriaal van de Marine geschreven door B.J. Tideman, inv.nr 1804.

De archieven bevatten weinig gegevens betreffende het in dienst zijnde geweest personeel. Bij Damen Naval te Vlissingen berust een summiere personeelskaartenadministratie.

Archieven van de KMS

  • Koninklijke Maatschappij De Schelde, (1872) 1875-1970 (1984), toegang 7214, online inventaris
    • inclusief: B.J. Tideman, Memoriaal van de Marine, bevattende opgaven betrekkelijk de afmetingen, constructie, werktuigen, toetuiging en uitrusting vooral, doch niet uitsluitend, van Nederlandsche oorlogschepen (…). Amsterdam, J.H. & G. van Heteren, 1876-1880
  • Machinefabriek en ketelmakerij Koninklijke Maatschappij De Schelde, 1876-1938 (1947), toegang 7506, online inventaris
  • Tekeningen marinescheepsbouw Koninklijke Maatschappij De Schelde, 1876-1970, toegang 7532, online inventaris
  • Tekeningen scheepsbouw koopvaardij-vliegtuigbouw-utilitaire werken Koninklijke Maatschappij De Schelde, 1876-1970, toegang 7533, online inventaris
  • Bestekken van schepen, machines en ketels Koninklijke Maatschappij De Schelde, 1881-1950, toegang 7542, online inventaris
  • Tekeningen van gesloopte of aan de gemeente Vlissingen overgedragen opstallen, kranen, hellingen en leidingen Koninklijke Maatschappij De Schelde, 1911-1996, toegang 7526, online inventaris
  • Documentatie Koninklijke Maatschappij De Schelde, 1875-1997, toegang 7500, inventaris in voorbereiding
  • Beeldcollecties Koninklijke Maatschappij De Schelde, toegang 7513, 7516, 7517, 7519, 7521, 7524, online gepubliceerd in de Beeldbank van het Zeeuws Archief: circa 50.000 foto’s uit de periode 1900-1970, online collectie
  • Beeldcollectie Fotoalbums Schelde, (1924) 1950-2006, toegang 7508, inventaris in voorbereiding

Ook in andere archieven en collecties is de geschiedenis van de KMS en haar opvolgers vastgelegd. Voorbeelden hiervan in het Zeeuws Archief zijn:

  • Stichting Scheepsbouwgeschiedenis Vlissingen 1911-2002, toegang 7555, online inventaris
  • Collectie Johan Willem Weug, 1938-2014, toegang 7458, inventaris in voorbereiding
  • Scheepswerf Scheldepoort (Damen Shiprepair Vlissingen) negatievencollectie, 1995-2004, toegang 7558, online collectie
  • Steunkomitee Ketelbouw KSG, 1983-1984, toegang 7551, inventaris in voorbereiding
  • Bedrijfsledengroep FNV/KMS, 1970-1983, toegang 7229, online inventaris
  • Verzameling RSV-affaire, 1982-1985, toegang 7408, online inventaris
  • Fotocollectie D.J. de Korte, 1977-1984, toegang 7539, online collectie
  • Selectie van beeld van de KMS en opvolgers in de collectie Foto Dert, toegang 7424, online collectie
Advertentie van de KMS in het Algemeen Handelsblad, 1 mei 1878.

Bedrijfsgeschiedenis

De Koninklijke Maatschappij De Schelde (KMS) te Vlissingen heeft vanaf 1875 marine- en civiele schepen gebouwd, inclusief de ketels en de machines. De aanzet voor de oprichting van de KMS werd gegeven door Bruno Joannes Tideman (1834-1883), hoofdingenieur van de Koninklijke Marine en ministerieel scheepsbouwadviseur.

Tideman vond dat Nederland in navolging van Engeland moest overschakelen van houten naar ijzeren en stalen schepen, en van zeil- naar stoomvaart. Al in 1865 bepleitte hij in een pamflet de bouw van ijzeren stoomschepen voor de marine op particuliere werven. Vlissingen was daartoe de meest aangewezen locatie; alleen daar zouden grote schepen gebouwd kunnen. Niet alleen vanwege de veilige en altijd toegankelijke haven, maar ook vanwege de nabijheid van Engeland en België en de toekomstige mogelijkheden van de nieuw aan te leggen Zeeuwse spoorlijn.

De fabriek die Nederland nodig had voor de productie van ijzeren platen voor de bepantsering van verdedigingsvaartuigen zou in Vlissingen moeten verrijzen. Tideman betoogde “dat het in ’s lands welbegrepen belang zoude zijn, indien de Regering van Nederland krachtigen steun schonk aan eene Maatschappij, die zich ten doel stelde, ’s Rijks werf te Vlissingen in te rigten en te gebruiken als eene zeer groote fabriek (of stelsel van fabrieken), tot het bouwen, uitrusten en repareren voornamelijk van ijzeren schepen van alle soorten en grootte, het vervaardigen en herstellen van stoom- en andere werktuigen, het maken van pantserplaten en zwaar zoowel als ligt stalen en ijzeren smeedwerk in den ruimsten zin, het verwerken van oud tot nieuw ijzer enz.”

Vanaf 1873 kon het plan rekenen op de koninklijke steun van koning Willem III en de financiële ondersteuning van de scheepsbouwfamilie Smit zodat 8 oktober 1875 de oprichting volgde van de Maatschappij ‘de Schelde’, scheepsbouw en werktuigenfabriek, in Vlissingen. Het bedrijf kreeg de beschikking over de in 1868 gesloten rijkswerf. Vanaf januari 1876 voerde het bedrijf het predicaat Koninklijk.

Gedrukte advertentie
Advertentie van de Koninklijke Maatschappij De Schelde in de catalogus van de tentoonstelling van oude koperwerken in Middelburg, 1904.

De Koninklijke Maatschappij De Schelde (KMS) te Vlissingen heeft vanaf de oprichting marine- en civiele schepen gebouwd, inclusief ketels en machines. Ook voerde het bedrijf reparaties en onderhoud uit, leverde het ketels en machines en verzorgde het scheepsinterieurs. Verder maakte het bedrijf bruggen en gevelbekledingen, en vervaardigde het autobussen en vliegtuigen.

Het aantal medewerkers groeide van 18 in 1875 naar 1.200 in 1900 naar het hoogtepunt van 4.600 werknemers in 1951. Het bedrijf was de grootste werkgever van de provincie. Voor werknemers werden woonwijken opgebouwd, busdiensten ingericht, fietspaden aangelegd. De KMS werd in de volksmond ‘De Schelde’ genoemd. In Vlissingen bepaalde de stoomfluit van ‘De Schelde’ het ritme van de dag. Het bedrijf bepaalde met zijn werven en scheepskranen tevens het aanzicht van de stad.

De KMS had als eerste in Nederland een bedrijfsgeneeskundige dienst en bracht als eerste de gevaren van asbest onder de aandacht.

Ten tijde van de oprichting van de KMS was Nederland een zeevarende natie met een omvangrijk koloniaal rijk. Belangrijke civiele opdrachtgevers waren rederijen die de verbindingen tussen Nederland en overzeese gebiedsdelen onderhielden. Voorbeelden zijn Rotterdamse Lloyd, Koninklijke Paketvaart-Maatschappij (KPM) en Stoomvaart Maatschappij Nederland (SMN).

Advertentie met luchtfoto van de scheepswerf in Vlissingen.
Advertentie van de KMS in het Gedenkboek uitgegeven ter gelegenheid van de viering van het vijf en twintig jarig bestaan van de Koninklijke Nederlandsche Vereeniging “Ons Leger”, 1937.

Voor de marine bouwde de KMS legio aan vaartuigen, van torpedoboten, pantserdekschepen tot onderzeeboten. Met die laatste verwierf het bedrijf aanzien; de eerste Nederlandse onderzeeboot werd in Vlissingen gebouwd en in 1905 te water gelaten.

De onafhankelijkheid van Indonesië in 1949 betekende een einde van de koloniale vaart en daarmee van de opdrachten. Wel bouwde de KMS na de Tweede Wereldoorlog enkele grote passagiersschepen, zoals de Willem Ruys en de Kungsholm. Reparatieopdrachten, de bouw van ketels en machines, alsmede de bouw van vrachtschepen hielden het bedrijf in de jaren ’50 en ’60 gaande. In 1964 opende de KMS de reparatiewerf Scheldepoort, gelegen in het industriegebied Sloeplan tussen Walcheren en Zuid-Beveland.

In 1965 ging de KMS een fusie aan met de NV Rotterdamsche Droogdok Maatschappij (RDM) en de NV Motorenfabriek Thomassen in De Steeg. In 1966 resulteerde dit in de oprichting van de houdstermaatschappij Rijn-Schelde Machinefabrieken en Scheepswerven NV (RSMS), waaronder de fusiepartners zelfstandig bleven functioneren. In 1968 werd ‘Rijn-Schelde’ uitgebreid met de NV Machinefabriek Breda, voorheen Backer & Rueb te Breda. Op 3 juli 1968 werd een nauwe samenwerking aangegaan met de NV Dok en Werf Maatschappij Wilton-Fijenoord te Schiedam.

In reactie op de internationale concurrentie en onder druk van de Nederlandse regering gingen een aantal Nederlandse scheepswerven, waaronder de KMS, samen en ontstond in 1971 het Rijn-Schelde-Verolme (RSV)-concern.

Onderzoek in de archieven

De archieven van de KMS zijn een goudmijn voor onderzoek naar:

  • de bouw van marinevaartuigen, koopvaardij- en passagiersschepen, ketels en machines
  • opdrachtgevers en relatienetwerk in binnen- en buitenland
  • de invloed van de koloniën op opdrachten
  • continuïteit van de werf en impact op de economie
  • de betekenis als sociale werkgever

Bouw van schepen, ketels en machines

Bijzonder voor onderzoek naar scheepsbouw is dat er voor Nederland weinig omvangrijke en complete bronnen bewaard zijn gebleven. De archieven de KMS vormen een uitzondering: zij omvatten meer dan 250 meter archieven over de periode van 1875 tot 1970. Zij documenteren op unieke wijze de bouw van meer dan 400 schepen.

De compleetheid komt tot uiting in de onderlinge relaties tussen de archieven. Zo zijn van schepen niet alleen de contracten, bestekken en bouwtekeningen bewaard gebleven, maar ook de tekeningen van machines en ketels, en in sommige gevallen eveneens het ontwerp van het interieur.

Over de tekeningen van de machines en ketels moet worden opgemerkt dat deze uniek zijn in Nederland, elders zijn deze niet bewaard gebleven.

Innovatie heeft vanaf 1875 een grote rol gespeeld bij de KMS, in het gebruik van materialen – ijzer, staal, aluminium, in de ontwikkeling van scheepstypen – bijvoorbeeld de introductie van de onderzeeboot in Nederland, de verbetering van machines – denk aan de zesvoudige stoommachine in 1887, de verbetering of introductie van nieuwe ketels.

Opdrachtgevers en relatienetwerk

Ook maakt de compleetheid het mogelijk inzicht te krijgen in de relaties met opdrachtgevers als marine en binnen- en buitenlandse rederijen. Het gaat in Nederland bijvoorbeeld om de Stoomvaart Maatschappij Nederland (SMN), Koninklijke Paketvaart-Maatschappij (KPM), de Java-China-Japan-lijn (JCJL) en Rotterdamse Lloyd. In het buitenland leverde de KMS aan onder andere Bernis in Senegal, Bow McLachlan & Co. in Schotland, Ludwigshavensche Sleepdienst Maatschappij in Duitsland.

Het ging hierbij om een grote variëteit aan schepen zoals werkvaartuigen voor transport van zware lasten, vissersschepen, loodsvaartuigen, salonboten, schroefstoomschepen, sleepboten, rivierraderstoomboten, mailboten, veerboten, passagiers- en vrachtschepen.

Voor de Koninklijke Marine bouwde de KMS onder andere torpedoboten, onderzeeboten, pantserdekschepen of kruisers. Het enige oorlogsvaartuig dat de KMS voor een buitenlandse opdrachtgever bouwde was de Orzel, een onderzeeboot voor de Poolse regering die faam zou verwerven in de Tweede Wereldoorlog. Dankzij een avontuurlijke ontsnapping wist de bemanning de Orzel voor beslaglegging te behoedden, waarna de onderzeeboot verscheidene geallieerde patrouilles op de Noordzee uitvoerde. In april 1940 bracht de Orzel voor de kust van Noorwegen het Duitse troepentransportschip Rio de Janeiro tot zinken, waardoor de Noren gewaarschuwd werden voor de op handen zijnde Duitse invasie. Van de zevende patrouille keerde de Orzeł niet meer terug.

Invloed van de koloniën op opdrachten

Een deel van de scheepsbouw is gerelateerd aan de toenmalige Nederlandse gebiedsdelen overzee. Deze relatie tekent zich af in opdrachten voor zowel marine- als civiele scheepsbouw. Voor de marine bouwde de KMS patrouille- en oorlogsschepen die ingezet werden in de Caraïben en voormalig Nederlands-Indië, nu Indonesië. Voor particuliere opdrachtgevers bouwde de KMS passagiers- en mailschepen voor de lijndienst tussen Nederland en Nederlands-Indië.

Continuïteit van de werf en impact op de economie

De KMS is de laatste grote werf van Nederland, die onder rechtsopvolger Damen Naval Shipping nog steeds in gebruik in. Die grote scheepswerven in Nederland waren in volgorde van oprichting:

  • Fijenoord, opgericht in 1825 en in 1829 gefuseerd met Wilton tot Wilton-Fijenoord
  • Koninklijke Maatschappij De Schelde, opgericht in 1875
  • Amsterdamse Droogdok Maatschappij in 1877
  • Rotterdamsche Droogdok Maatschappij (RDM) in 1902
  • Gusto in 1905
  • Nederlandsche Dok en Scheepsbouw Maatschappij (NSDM) in 1946

De werven van de KMS, gelegen in de stad Vlissingen, kennen een lange geschiedenis die teruggaat op de stichting ervan aan het einde van de 16e eeuw, toen de werf werd opgericht voor de Admiraliteit in Zeeland. Later werd de werf eigendom van de Koninklijke Marine. In 1875 kreeg de KMS de beschikking over de werven.

De teloorgang van de Nederlandse werven is te volgen in de archieven. Zo had de KMS zoals de andere Nederlandse werven moeite om internationale orders binnen te halen. In 1935 gingen verschillende scheepswerven samenwerken en richtten voor belangenbehartiging Nevesbu (Nederlandsche Verenigde Scheepsbouw Bureaus) te Den Haag op.

Na de Tweede Wereldoorlog beleefden de werven in de jaren zestig een volgende crisis. Bedrijven fuseerden en zo ontstond ook Rijn-Schelde-Verolme (RSV), met daarin per 1-1-1971 de Koninklijke Schelde Groep (KSG) als opvolger van de KMS.

Het megaconcern RSV met 30.000 medewerkers zou in 1983 uitstel van betaling aanvragen. Een faillissement volgde, ondanks 2,2 miljard gulden aan overheidssteun. Dat leidde tot een parlementaire enquête, die na de enquête naar het regeringsbeleid tijdens de oorlog, de tweede was sinds de 19e eeuw. De KSG zou als enige overleven.

Betekenis werkgeverschap

Het eerste managementteam van de KMS bestond uit drie mannen die ruim veertig jaar in dienst bleven; dat resulteerde in continuïteit en een creatief beleid gericht op innovatie. Het aantal medewerkers groeide van 18 in 1875 naar 1.200 in 1900 naar het hoogtepunt van 4.600 werknemers in 1951. Het bedrijf was daarmee de grootste werkgever van de provincie.

De KMS werd in de volksmond ‘De Schelde’ genoemd. In Vlissingen regelde de stoomfluit van ‘De Schelde’ het ritme van de dag. Ook was het bedrijf met zijn werven, hellingen, droogdok en scheepskranen bepalend voor het aanzicht van de stad. De uitbreiding van de werven ging bovendien ten koste van het centrum van Vlissingen: het stadhuis werd er zelfs voor afgebroken.

Op een deel van het terrein is nog steeds de werf van opvolger Damen Naval gevestigd. Verder wordt het gebied, het zogenaamde Scheldekwartier, tot op de dag van vandaag verder ontwikkeld door de gemeente Vlissingen. Daarbij zijn herbestemmingen gevonden voor de voormalige machinefabriek, de zware plaatwerkerij, de timmerfabriek en het voormalige hoofdkantoor, alle gebouwd in het eerste kwart van de 20e eeuw.

Voor werknemers bouwde de KMS woonwijken, verzorgde het busdiensten en legde het bedrijf fietspaden onderlangs de duinen van Westkapelle naar Vlissingen aan. Voor opleidingen werd samengewerkt met bestaande onderwijsinstellingen en daarnaast werd een eigen bedrijfsschool opgericht.

Het personeel kon deelnemen in een werkliedenvereniging, opgericht in 1883, een ongevallenfonds, sinds 1899, en een reservefonds tot aanmoediging van sparen met ingang van 1906, een voorloper van het pensioenfonds.

De KMS had bovendien als eerste in Nederland een bedrijfsgeneeskundige dienst, sinds 1908, en het bracht als eerste de gevaren van asbest onder de aandacht. Bedrijfsarts dr. Jan Stumphius verrichtte hierin baanbrekend werk dat resulteerde in een landelijk bewerking- en verwerkingsverbod van asbest.

Stumphius’ onderzoek bij de KMS naar de gevolgen van het gebruik van asbest leidde in 1969 tot zijn promotie te Amsterdam op het proefschrift ‘Asbest in een bedrijfsbevolking’. Hij bewees dat ingeademd asbest zelfs vele jaren later nog tot sterfte ten gevolge van kanker van het longvlies kan leiden. Nog in het jaar van publicatie, 1969, stopte de KMS met de bewerking en verwerking van asbest en bracht het een brochure uit met de samenvatting van de dissertatie van Stumphius, getiteld ‘Asbest in een bedrijfsbevolking. Een onderzoek naar het voorkomen van astbestlichaampjes en mesotheliomen op een scheepswerf en machinefabriek’. Op aandrang van de toenmalige Industriebond NVV vaardigde de Nederlandse regering in 1977 op het gebruik van asbest het Asbestbesluit uit.

Uitgelicht

Voorbeelden van (inventarissen met) gedigitaliseerde archiefstukken:

Memoriaal van de Marine

Raadpleeg online het Memoriaal van de Marine geschreven door B.J. Tideman

hdl.handle.net

Scheepsbestekken en andere bestekken

Raadpleeg de inventaris met bestekken van schepen of machines en ketels vervaardigd door de Kon. Mij. De Schelde in de periode 1881-1950

hdl.handle.net

Dokregisters

De dokregisters van De Schelde zijn onderdeel van het archief Stichting Scheepsbouwgeschiedenis Vlissingen over de periode 1911-2002.

hdl.handle.net

Kon. Mij De Schelde in de Tweede Wereldoorlog

De grootste werkgever in Vlissingen in de oorlogsjaren is de Koninklijke Maatschappij De Schelde geweest. De werf moest veel schepen bouwen voor de bezetter en daarnaast reparatiewerkzaamheden verrichten. Van het bouwen kwam weinig terecht.

Bekijk zoekgids