Al meer dan dertig jaar is Henk Dalebout uit Noordwelle (Schouwen-Duiveland) actief als archiefvrijwilliger. Hij publiceerde over zijn archiefvondsten meerdere boeken en leverde een belangrijke bijdrage aan historisch onderzoek en documentatie. In dit interview vertelt hij waarom het geweldig is om vrijwilliger te zijn bij het Zeeuws Archief en deelt hij de mooiste anekdotes en archiefstukken die hij in al die jaren tegenkwam.
Henk Dalebout beschouwt zichzelf als de laatstgeboren man van Noordwelle: ‘Niet lang na mijn geboorte in 1958 werd de zelfstandige gemeente Noordwelle opgeheven. Dat was in 1961. Na mij zijn er nog drie vrouwen geboren, maar ik was de laatste man.’

Het kan maar duidelijk zijn dat Henk iemand is die geïnteresseerd is in historische data over zijn eigen omgeving.
‘Toen ik tien was, kreeg ik van mijn oom een zilveren stuivertje uit 1850, met de beeltenis van koning Willem III. Ik probeerde het omschrift te lezen. Dat vond ik geweldig. Ik kocht een muntenboekje met uitleg over oude munten, waarop vaak Latijnse teksten stonden. Mijn interesse voor oude dingen was gewekt.’
Geweldig
Hoewel Henk later technisch afdelingshoofd werd bij Koninklijke Zeelandia, bleef zijn belangstelling voor lokale geschiedenis bestaan. In 1991 zag hij in Ons Eiland een advertentie voor een cursus oud schrift lezen.
Ik ben niet zo'n switcher
— Henk Dalebout, vrijwilliger Zeeuws Archief
Henk meldt zich aan en belandt aan de keukentafel bij toenmalig streekarchivaris Huib Uil, ook vandaag de dag nog steeds vrijwilliger bij het Zeeuws Archief. ‘Bij de cursus hoorde ook een bezoek aan het toenmalig streekarchief aan de Meelstraat in Zierikzee. Dat vond ik helemaal geweldig!’
Die cursus leidde tot een vervolgtraject, waarin Henk onderzoek deed naar burgermeester Cornelis Gast van Noordwelle. Dat was onderdeel van een project met als titel ‘Onderzoek naar Zeeuwse burgermeesters 1850-1855’. ‘Dat was het moment dat ik vrijwilliger werd.’ En dat is hij tot op heden gebleven. ‘Ik ben niet zo’n switcher. Ik ben ook hetzelfde werk blijven doen en ben sinds begin jaren negentig nog vrijwilliger bij de Natuur- en Vogelwacht Schouwen-Duiveland, als coördinator van vrijwillig terreinbeheer.’
Oudste stuk verdwenen
‘Mijn eerste grote vrijwilligersproject betrof het invoeren van 3200 geboorte-, huwelijks- en overlijdensakten van Noordwelle uit de 19e eeuw.’ Henk ontwierp een standaardformulier om dat proces efficiënter te maken. In 1997 publiceerde hij zijn bevindingen in vier delen onder de titel Klokken luiden te Noordwelle.
Sinds de archieven van Schouwen-Duiveland zijn opgegaan in het Zeeuws Archief, richt Henk zich op Brouwershaven. Hij digitaliseert gegevens uit de periode 1566–1810.
Tijdens dit project kwam Henk bijzondere stukken tegen, zoals het oudste document van Brouwershaven uit 1344. ‘Het heeft na de Tweede Wereldoorlog een tijd in de burgemeesterskamer van Brouw gehangen. In 1960 is het daar op mysterieuze wijze uit verdwenen en zoekgeraakt. In 1993 dook het bij een rommelmarkt weer op, keurig netjes ingelijst. Het is dus niet vanzelfsprekend dat we het hier nog hebben.’

Een ander favoriet stuk van Henk is het reglement van het gilde der zakkendragers uit 1668. Op de laatste pagina staat een rijtje Bijbelteksten. Het geheel sluit af met een waarschuwing tegen uitbuiting, uit het Bijbelboek Jacobus: ‘Siet, de loon der werklieden die uwe landen gemaeijt hebben welcke van u verkort is roept en het geschreij dergene die geoogst hebben is gekomen tot in de oren des Heeren Zabaoth.’
Maar het meest interessant vindt Henk de afbeelding onderaan de pagina: ‘Het is echt op een geweldig leuke manier versierd.’ Een cartoonesk figuurtje steekt zijn hand op, terwijl de silhouetten van drie sjouwers, diep gebukt onder gigantische zakken, voorbijlopen.
Het geeft me een kick om die eeuwenoude stukken perkament in handen te mogen houden
— Henk Dalebout, vrijwilliger Zeeuws Archief

Kick
Wat is er nou zo fantastisch aan vrijwilligerswerk doen bij een archief? Henk illustreert het met een van zijn favoriete projecten: het scannen van middeleeuwse charters van Zierikzee. Dat zijn oorkondes die rechten en privileges, geschonken aan de stad door hogere en buitenlandse overheden, vastlegden.
‘Het geeft me een kick om die eeuwenoude stukken perkament in handen te mogen houden. Ik moet me altijd bedwingen om er niet aan te gaan ruiken’, lacht Henk.
‘Ik heb tijdens dit project 1164 documenten gescand en zegels gefotografeerd. Het oudste stuk dat we hier hebben, dateert van 1275. Hier en daar hebben we bijvoorbeeld ook nog handtekeningen van Willem, Prins van Oranje. Als je ook maar een beetje historisch gevoel in je pink hebt, is het echt fantastisch om met zulk uniek materiaal te mogen werken.’
Een buurvrouw riep “Wie mao j’ ebbe?!” Toen bleek dat zij en haar man een oude steen hadden gevonden in hun tuin
— Henk Dalebout, vrijwilliger Zeeuws Archief
Vrijwel vergeten
Helemaal mooi wordt het voor Henk als die geschiedenis dan ook nog met zijn eigen omgeving te maken heeft.
Toen een jaar of zes geleden gevraagd werd wie er iets wist over kloosters op Schouwen, beet Henk zich vast in de geschiedenis daarvan. In 2020 publiceerde hij over deze vrijwel in de vergetelheid verdwenen geschiedenis het boek Kloosterrijk Schouwen.
Er staat van de kloosters geen steen meer op de andere. Toch ontwikkelde Henk vier toeristische wandelroutes, met leitjes die de kloosterlocaties aanduiden.
Een onverwachte vondst ontstond bij het ophangen van zo’n bordje: ‘Een huis waar we aanbelden, bleef gesloten. Een buurvrouw riep “Wie mao j’ ebbe?!”’ Toen bleek dat zij en haar man een oude steen hadden gevonden in hun tuin, die waarschijnlijk afkomstig was van het voormalige dominicanenklooster op die plek. ‘Die steen is nu een hotspot van de kloosterroutes.’
Meer tijd
Het moge duidelijk zijn dat Henk Dalebout vrijwillig een enorme bijdrage heeft geleverd aan het versterken van historisch besef en onderzoek naar de geschiedenis van Schouwen-Duiveland. Zoals dat heet, is het niet onopgemerkt gebleven: 25 april jl. is Henk tot Lid in de Orde van Oranje-Nassau verheven.
Het betekent geenszins een einde aan zijn vrijwilligerswerk, want sinds kort is hij met pensioen. Henk zou Henk niet zijn als er niet nog een historische rondleiding voor zijn oud-collega’s op de planning staat. Maar ook het Zeeuws Archief mag op hem blijven rekenen: ‘Ik vind het geweldig leuk en heb alleen maar meer tijd nu!’