De Vlissingse fotografenfamilie Dert heeft een nalatenschap achtergelaten waarin de Vlissingse maritieme historie in de twintigste eeuw is vastgelegd. In de beeldbank van het Zeeuws Archief zijn duizenden foto’s opgenomen, vaak met een juiste maar slechts summiere omschrijving. Het verhaal achter de foto zoals die van de Etna blijft dan onbekend.
Rond 11 augustus verzoekt de Italiaanse regering om toestemming voor een bezoek van de Italiaanse kruiser Etna aan Vlissingen. Ze wordt aangeduid als een schoolschip onder de onjuiste naam ‘Elba’, met aan boord zijn leerlingen van de Koninklijke Academie te Livorno. Een week later melden regionale kranten dat de Etna Antwerpen zou bezoeken met een tussenstop in Vlissingen (1).
Op zaterdag 29 augustus is het zo ver. ’s Ochtends om half acht gaat zij voor anker op de rede, komende van Le Havre. De commandant van het Vlissingse wachtschip Hr. Ms. Bever brengt met een stoombarkas een bezoek aan de Italiaanse commandant Filippo Baggio Ducarme (2). Inmiddels is de oorlog tussen Japan en Rusland (1904-1905) verleden tijd en de aanwezigheid van de Koninklijke Marine weer teruggebracht tot een minimum, namelijk door de inzet van een kleine stoomkanonneerboot uit 1875. De grote rammonitor Reinier Claeszen ligt sinds april in reparatie bij de Kon. Mij. De Schelde en medio september is dat nog steeds zo.
Rond het middaguur vaart de Etna naar de sluis, wordt er rond 12.30 uur geschut en vaart dan de Binnenhaven binnen, waar hij afmeert. Vice consul voor G.R.E. van Raalte haast zich om aan boord komen (3). Dat is logisch gezien zijn functie, maar de Italianen willen ook kolen laden. En laat Van Raalte nu net directeur zijn van een kolenhandel! In de jaren twintig groeit Vlissingen uit tot een belangrijke kolen- en stookoliebunkerhaven. Het schip trekt grote belangstelling van de Vlissingenaars en velen gaan dan ook aan boord een kijkje nemen.
De bedoeling is op ’s maandags weer te vertrekken, maar het verblijf wordt met een dag verlengd. ’s Middags vertrekt zij naar de rede en vervolgt van daar op dinsdagochtend 1 september haar reis voor een officieel bezoek aan Antwerpen. Vandaar is haar bestemming Spanje en een kruistocht in de Middellandse Zee. Wat ons resteert is een prachtige zwart-wit plaat.
- Gebouwd tussen 1883-1887 bij de Regio Cantiere di Castellammare di Stabia en verkocht voor de sloop in 1921. Deze beschermde kruiser is vergelijkbaar met de kruisers zoals de Hr. Ms. Noord-Brabant, in eerste instantie was de laatste aangeduid als pantserdekschip. Zowel bij de Etna als bij de Noord-Brabant bestond de feitelijke bescherming uit een simpel pantserdek. De hoofdbewapening bestond uit 2-25,4cm kanons en 6-15,2cm kanons.
- Gebouwd in 1875-1876 in Delfshaven, sinds 20 juli 1907 wachtschip in Vlissingen en verving hierbij de hier zo bekende Bulgia, verbouwd in 1915 tot munitie- en logementsschip voor de Vlissingse kustbatterij, later verbouwd tot logementsschip en in de Tweede Wereldoorlog verloren gegaan. Haar bewapening in 1908 bestond uit een 21 cm kanon en 2-3,7 cm kanons. Meerdere van dit soort kanonneerboten hebben dienst gedaan in Vlissingen al dan niet verbouwd, zoals de Bulgia tot mijnenlegger.
- George Reginal Eduard van Raalte (1882-1933), zoon van de algemeen directeur van de Kon. Mij. De Schelde Joseph Ephraim van Raalte. George was directeur van de N.V. voorheen Steenkolenhandel F. Wibaut & Zonen sinds 1902.
- Archief Ministerie van Buitenlandse Zaken: A-dossiers nr. 417, Nationaal Archief toegang 2.05.03.
- Krantenbank Delpher
- Krantenbank Zeeland
- Zwemer, J. (2008, 1 juli). ‘De derde en laatste generatie Wibaut in Vlissingen’. Den Spiegel 26 (3), 3-9.
- Dutch Jewry.org: George Reginald Eduard Van Raalte
- WARSHIPSRESEARCH