Helikopters dumpen betonblokken in de Oosterschelde in 1971-1972

Na de Watersnoodramp wordt een commissie in het leven geroepen om een nieuwe ramp te voorkomen. Het eventueel afsluiten van zeearmen wordt hierbij niet uit de weg gegaan. Via een kabelbaan worden er blokken beton gebruikt om een zeearm af te dammen. Het werk mag tijdens het afdammen niet stil komen te liggen. Daarom wordt er getest met een calamiteitsoplossing: het gebruik van helikopters.

Wie vandaag de dag via de Oosterschelde naar de Zuid-Hollandse eilanden rijdt, kan zich moeilijk voorstellen wat zich hier bijna zeventig jaar geleden afspeelde. In de nacht van 31 januari op 1 februari 1953 breken dijken door en overstromen delen van Noord-Brabant, Zeeland en Zuid-Holland. Naast de gigantische materiële schade die er is, komen er 1.836 mensen om.

‘Dat nooit meer’, moet er zijn gedacht en in Den Haag wordt met grote voortvarendheid gereageerd. Op 18 februari wordt al een commissie van wijze mannen in het leven geroepen die met oplossingen moeten komen om een nieuwe Watersnoodramp te voorkomen. Het eventueel afsluiten van zeearmen moet hierbij niet uit de weg worden gegaan.

  • Zeeuws Archief, Dienst Deltawerken, inv.nr. 1975, foto 28.

  • Tekening op het voorblad van een rapport. Zeeuws Archief, Dienst Deltawerken, inv.nr. 5523.

  • Zeeuws Archief, Dienst Deltawerken, inv.nr. 1975, foto 27.2.

  • Zeeuws Archief, Dienst Deltawerken, inv.nr. 1975, foto 29.

    Verkorting kustlijn

    En zo gebeurt het: de Deltawerken veranderen het aanzien van de Zeeuwse kustlijn aanzienlijk. Er is één voorwaarde meegegeven aan de commissie: de Westerschelde en de Nieuwe Waterweg komen niet voor afsluiting in aanmerking. De uitvoering van het Deltaplan – in 1956 in definitieve vorm gegoten – wordt in handen gegeven van de Dienst Deltawerken. In 1958 wordt de Deltawet vastgesteld.

    Door het afsluiten van zeearmen als het Haringvliet, Oosterschelde en Veerse Gat wordt de kustlijn drastisch ingekrompen. Hierdoor wordt de veiligheid bevorderd: minder lengte aan dijken te onderhouden en verbetering van de waterhuishouding binnen Nederland doordat de waterbeheersing naar een hoger niveau wordt getild.

    Om het Deltaplan te realiseren, is een grote inspanning vereist op allerlei gebieden. Nadat duidelijk is in welke volgorde men wat en hoe gaat aanpakken, moet ook gekeken worden naar wat men daarvoor aan middelen nodig heeft. Dit resulteert in technische hoogstandjes als speciaal voor een taak gebouwde schepen als de Macoma en de Ostrea.

    Helikopters

    Maar men realiseert zich ook dat er niet gestopt kan worden met de werkzaamheden als er eenmaal begonnen is met de afsluiting van een zeearm. Met andere woorden: er zijn voorzorgsmaatregelen nodig in het geval dat het misloopt. En daar komen de helikopters om de hoek kijken.

    De grote sluitgaten in de bestaande zeearmen als de Oosterschelde worden op twee manieren gedicht: direct via doorlaatcaissons of geleidelijk met de aanvoer van stortmateriaal van een kabelbaan. De Grevelingen zijn afgesloten op de laatste wijze. Dat is niet vlekkeloos gelopen, met name door een te korte voorbereidingstijd.

    Bij de afsluiting van het Haringvliet verloopt alles geheel naar wens. Hoewel daar de kostbare kabelbaan in de praktijk dus meer dan volstaat, blijft men echter bedenkingen hebben. Met name de kwetsbaarheid van onderdelen vormen een potentieel gevaar. Men kan zich niet veroorloven dat de sluiting wordt vertraagd of zelfs stil komt te liggen.

    Om dit risico te verminderen wordt gedacht aan de inzet van helikopters, mogelijk continue of als calamiteitsoplossing wanneer de kabelbaan uitvalt. De helikopters moeten dan gehuurd worden bij de KLM. De vervoerscapaciteit dient minimaal gelijk te zijn aan die van de kabelbaan. Voldoende hefvermogen is dus cruciaal.

    Sikorsky

    De K.L.M. Noordzee Helicopters N.V. beschikt weliswaar over Sikorsky S-61 en S-62 types, maar die zijn niet sterk genoeg. Het is midden in de Koude Oorlog dus de inzet van Russische helikopters is niet bespreekbaar voor de Nederlandse staat, want dat is immers de ‘vijand’. De Sikorsky skycrane S-64E (commerciële uitvoering) kan 10 ton meenemen, de S-64F 12,5 ton.

    De voorgestelde wijze is: vracht oppikken, naar de plaats van bestemming vliegen, lossen en terugvliegen. De vraag is een blok van 12,5 ton of meerdere kleinere blokken te gebruiken. Een groot blok zou het simpelste zijn qua voorbereidingen. Uiteindelijk wordt gekozen voor drie blokken.

    Nu is het in eerste instantie niet de bedoeling dat de helikopters worden gebruikt om de hele blokkeringsdam in een diep sluitgat te bouwen. Er zijn vier varianten mogelijk: 1) alles met de kabelbaan, 2) alles met schepen en kabelbaan, 3) alles met schepen en helikopters, of 4) alleen met helikopters. De combinaties komen in beeld wanneer het te ondiep is voor schepen om er bij te komen of de stroomsnelheid te hoog wordt.

    Succesvolle proef

    De Oosterschelde telt drie sluitingsgaten, te weten: de Roompot, de Schaar van de Roggenplaat en de Hammen. Voor elk gat wordt nauwkeurig berekend welke inzet vereist is op basis van vijftien vlieguren per etmaal en drie bemanningen voor elk vijf uur. Voor de sluiting van alle gaten heeft men elf helikopters plus drie reservehelikopters nodig. Voor bijvoorbeeld de Roompot zijn dat er zes. Daar kan de kabelbaan 1.150 tot 1.250 ton per uur aanvoeren, de zes helikopters 1.175 ton.

    Voor een proef gehouden gedurende tussen november 1971 en januari 1972 wordt de aanleg van een krib ter plaatse van het werkeiland Neeltje-Jans binnen vijf weken uitgevoerd. Achtduizend betonblokken van 2,5 ton per stuk worden in het water gestort, op de laatste werkdag zelfs een record van 603 stuks. Het vliegen gebeurt onder verantwoordelijkheid van de KLM door Sikorsky Aircraft-personeel met een S-64A-helikopter, die eigendom is van het Amerikaanse leger. Ondanks dat de proef een succes is, is uiteindelijk niet voor de verdere inzet van helikopters gekozen.

    Wat rest zijn herinneringen in documenten en foto’s in het archief van de Dienst Deltawerken in de collectie van het Zeeuws Archief.

    Bronnen

    • Zeeuws Archief. Archief Deltadienst, toegang 362.1, inventarisnummers 1346, 1975, 2836, 4266 en 5523.
    • Krantenbank Zeeland