Scheurbuik & Scheepsbeschuit. Leven aan boord van een VOC-schip

Een halfjaar lang laat het Zeeuws Archief de oude tijden van de Verenigde Oostindische Compagnie herleven: zakken met geurende specerijen, houten vaten en kisten vol exotische goederen, porselein en kleurige stoffen. Handelswaar die nu zo vanzelfsprekend is, maar toen zeer tot de verbeelding sprak.

De tentoonstelling in het archief gaat dieper in op ‘het leven vóór en achter de mast’ van een VOC-schip. Welke mensen verbleven aan boord, wat was hun achtergrond, wat aten ze, waar sliepen ze en welke ziekten kregen ze tijdens de langdurige reis naar de Oost?

Een aantal personen staat centraal: een scheepsjongen uit een armenweeshuis, een soldaat uit Duitsland, een Zeeuwse matroos en een Middelburgse scheepschirurgijn. Ieder heeft zijn eigen verhaal. Samen vormen die geschiedenissen hèt verhaal van de Verenigde Oost-Indische Compagnie vormt.

Volg de avontuurlijke reis van de bemanning van een VOC-schip, van Texel via Kaapstad naar China. Een scheepschirurgijn hield een dagboek bij. Aan de hand van zijn medische aantekeningen worden ziektes zoals scheurbuik, rotkoorts, dysenterie en malaria en het vaak desastreuze effect van deze ziektes op de bemanning van het schip uitgelicht.

In het eerste gedeelte van de expositie wordt aandacht geschonken aan de bouw van het schip, de reis, de goederen en het personeel dat mee gaat. In het tweede en derde gedeelte worden vier personen uitgelicht: een scheepsjongen uit een Middelburgs weeshuis, een soldaat, een matroos uit een logement van een ‘zieleverkoper’ en een scheepschirurgijn.

We volgen hun leven en werkzaamheden aan boord, waar het medische verhaal de rode draad vormt. Aan de hand van archiefstukken en museumvoorwerpen wordt het leven aan boord van een VOC-schip levendig uitgebeeld.